Gebitsprothesen: een normale aanpassingstijd
Sommige mensen vragen zich af hoe ze ervoor kunnen zorgen dat ze hun kunstgebit beter kunnen verdragen, iets wat soms onmogelijk kan lijken. Het dragen van een kunstgebit veroorzaakt namelijk in heel wat gevallen een aanzienlijke speekselafscheiding, ongemak, het gevoel dat de prothese te groot is en moeilijkheden bij het spreken en kauwen. Dat is niet verwonderlijk: een tandprothese is een lichaamsvreemd item dat lastig is voor het lichaam om te verdragen. Dit wordt soms verergerd door pijn als er tanden of kiezen zijn getrokken om het implantaat te kunnen plaatsen.
Eén woord: geduld! Het duurt minstens 2 weken om aan een prothese te wennen. De pijn gerelateerd aan getrokken tanden zal afnemen zodra het tandvlees volledig genezen is. En beetje bij beetje leert u probleemloos spreken, kauwen, eten en lachen met uw kunstgebit!
Gebitsprothesen die slecht worden verdragen: essentiële aanpassingen
Na deze aanpassingsperiode is het echter niet normaal dat een gebitsprothese ongemak of zelfs pijn of letsel aan het mondslijmvlies veroorzaakt. In dat geval moet u zo snel mogelijk naar uw tandarts, zodat de prothese kan worden aangepast. Indien nodig wordt de prothese na het nemen van de nodige afdrukken naar een tandtechnicus gestuurd om te worden aangepast.
Het ongemak veroorzaakt door een gebitsprothese kan ook het gevolg zijn van slecht onderhoud of een slechte mondhygiëne, waardoor een tandvleesontsteking kan ontstaan. Daarom is het belangrijk de onderhouds- en reinigingsinstructies van uw tandarts op te volgen en de juiste protheseproducten te gebruiken. En vergeet niet uw resterende tanden te verzorgen door ze zorgvuldig te poetsen en een interdentale rager te gebruiken om zo het risico van tandvleesontsteking of tandbederf te beperken.
Pierre Fabre Oral Care
 (2).png)
